Na een deugddoend reisje naar een gebied waar cultuur en traditie extra in het zicht wordt gezet (Bretagne) is het minder aangenaam terugkeren naar politiek Vlaanderen. En laat het maar meteen duidelijk zijn: Open VLD verziekt de Vlaamse politiek.
Sinds de verwijdering
van de toenmalige PVV uit de regering Martens zoveel (1985-1987) zit die partij
op ramkoers met iedere partij die groter is dan zijzelf. Dat zijn er
ondertussen nogal wat. Met het voorstel van Matthias De Clercq (le petit fils à
papa) om Open VLD een andere naam te geven en naar een beweging te gaan zijn we
aan een derde dergelijk verhaal bij de liberalen in de naoorlogse periode. Maar
in wezen?
Stelde de partij zich
in de jaren ’60 open voor de katholieke medemens, dan sloot die partij na
Leuven ’66 de deur voor de Vlaamsgezinden met de tricolore baksteen.
Verhofstadt was zo verbolgen over wat er na 1987 gebeurde – en die
verbolgenheid was terecht – dat hij met de VLD – Partij van de Burger een
centrumrechtse formatie wou beginnen waar zelfs gesolliciteerd werd naar Paul
Beliën (echtgenoot van Alexandra Colen) en Gerolf Annemans via Lode Claes. Geen
toeval natuurlijk want de link tussen Trends en Knack (waar Sus Verleyen de geestelijke
vader was van de Burgermanifesten) is overduidelijk.
Maar toen de harde
confrontatiestijl niet werkte werd ogenschijnlijk gekozen voor een andere stijl.
Eén keer beet Verhofstadt nog eens vol: de dioxinecrisis. Achteraf gezien een
scheet in een fles maar de natte droom van de liberalen om terug zonder CVP te
kunnen besturen kwam uit. Toen Leterme evenwel met het kartel CD&V-N-VA dat
brak na de turbulente tijd rond het vreemdelingenstemrecht werd snel met
Leterme afgerekend. De mislukte redding van ACW speelt tot op vandaag nog
verder door.
Maar die strijd gaf de
N-VA vrij spel en Open VLD zag ineens kiezers en jong talent vertrekken. Er
werd gepoogd om mee te gaan in het opbod van N-VA maar zonder echte kennis van
zaken. Een poging om na mislukte onderhandelingen rond Brussel-Halle-Vilvoorde
een Vlaamse borst op te zetten leverde niks op en bij een volgende verkiezing
ging Gwendolyn Rutten in een interview voor Ketnet grandioos door het ijs toen
ze het confederalisme moest uitleggen. Op vlak van staatshervorming is de
positie van Open VLD eerder ingegeven door opportunisme dan wel door
overtuiging. Die blijft vooral: minder staat.
De positie van Open
VLD mag dan wel sterker zijn in de grote steden maar in Vlaanderen is die
positie dat veel minder. Het gevolg is dat Open VLD afhankelijk is van andere
partijen om te mogen besturen. En dan vooral N-VA.
Dat bepaalde liberalen
niks moeten weten van nationalisme is geweten. De liberalen die de vermenging
wel lusten zijn al lang vertrokken. Naar LDD bijvoorbeeld. Of zijn gewoon uit
de politiek gestapt. Met figuren als Matthias De Clercq is er dan ook een
klassieke liberaal aan het woord die qua referentiekader nog steeds in strijd
is met het ‘katholieke’ Vlaanderen. En die vindt gemakkelijk een bondgenoot bij
de socialisten en de groenen.
Er is dus een breuklijn
in de politiek die steeds sterker wordt en de CD&V op dit moment in twee
lijkt te gaan trekken. Niet toevallig ook in de grote steden waar die partij
helemaal anders aan politiek doet dan in het platteland.
Maar soit, ‘bewegingen
in de politiek’. Ik herinner me inderdaad Verhofstadt, ik herinner me Johan Van
Hecke (die onder meer Paul Staes naar de CVP haalde), Bert Anciaux met ID,
Steve Stevaert met Spirit en de pogingen naar Groen, ik herinner met het Vlaams
Belang met de Welkomstgroep en dus nu Vooruit en het verhaal van De Clercq.
Heeft het één ding
gemeen? Ruzie en miserie in de barak. Electorale meerwaarde? Hoogstens
tijdelijk. Eigenlijk zijn die bewegingen vaak een vorm van kannibalisme. Politiek
gezien dan toch.
En dan is het maar de
vraag: waar gaan al die bewegingen de kiezers halen? Ter linkerzijde zit de
PvdA te wachten op de fouten van zowel SP.a als Groen. Dat zal vooral in de
steden (denk maar aan Gent) gevolgen hebben. De druk van ACW (of hoe dat nu ook
noemt) op CD&V zal de partij nog meer naar centrum-links trekken.
De Vlaming is
economisch inderdaad eerder centrum – en centrumlinks. De welvaartsstaat heeft
een vorm van afhankelijkheid gecreëerd. Maar die welvaartsstaat staat meer
onder druk, niet in het minst van de EU en de internationale handel. Er is dus
onzekerheid. De vraag is alleen hoe terug zekerheid te geven. En zelfs te
linkerzijde – Marc Elchardus- is de roep naar een sterkere rol voor de nationale
staten duidelijk. En ja, het gebrek aan een Europees beleid in het grote
migratiedossier versterkt die roep alleen maar.
Op rechts én in de
Vlaamse regering zitten de twee V-partijen klaar om iedere tegenspraak
grandioos in de verf te zetten. Die Vivaldi-meerderheid is er dan ook een met
oerconservatieve partijen (de PS voorop) en partijen die de wereld willen
veranderen (de groenen op kop). Wie zich de eerste regering met de groenen nog
herinnert weet dat dit op een bloedbad uitdraaide aan Vlaamse kant. Al is Ecolo
veel meer een bestuurspartij dan Groen.
Dit gezegd zijnde:
bewegingen in de politiek leveren maar weinig op. Vooral omdat ze de neiging
hebben inconsistent te zijn met de bestaande partij.
En wat Open VLD
betreft? Er bij zijn is belangrijker dan het beleid zelf. Zoveel is wel
duidelijk. En de haat die bij bepaalde doctrinaire liberalen leeft tegen het
Vlaams-nationalisme maakt dat die partij zich automatisch ter linkerzijde
plaatst. De verkiezingen in 2024 lijken daardoor nu al crucialer dan ooit te
worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten