maandag 26 augustus 2013

de partijfinanciering

Met de beslissing om de partijen vanuit belastinggelden te financieren openden de traditionele partijen een andere doos van Pandora dan diegene die al open stond.

Immers, in de jaren '80 ging het om meer dan enkel de zaak Agusta. Toegegeven: die was ongezien. Een politieke moord - die op PS-godfather André Cools - was die stap te ver.

Het was al jaren gangbaar om via openbare aanbestedingen de partijkassen te spekken. Het was vrij simpel: aanbestedingen werden zo geregeld dat het smeergeld via de bestellingen werden terugverdiend. Alle traditionele partijen deden mee: de CVP met milieuboxen, de liberaal Vreven met de Iltis-jeeps en uiteraard de socialisten. Die laatsten vielen als eersten door de mand.

Maar er waren nog kanalen. Zo organiseerden de partijen 'fund raising diner's' waar geïnteresseerden voor enkele tienduizenden franken konden dineren met kopstukken. Op zich niet zo erg ware het niet dat die diners in aanmerking kwamen voor fiscale aftrek. En wie zou dan durven weigeren om te dineren met kopstukken te meer omdat dit een mooi gesubsidieerd kanaal was om te netwerken?

Dat vertaalde zich ook in de campagnes. De gadgets waren dan nog het minste. Grote barnumcampanges op commerciële borden kostten wel handenvol klauwen maar de steden hingen in die periode vol.

Eens als het verhaal in elkaar zakte hadden heel wat partijen ondertussen die centen uitgegeven.

Op 4 juli 1989, de dag dat een Russische MIG neerstortte in Vlaanderen, verscheen de wet op de partijfinanciering.

De rode draad in dit verhaal zijn de socialisten (pun intended).

Eerst toen de partij voor de rechtbank kwam voor het Agusta-schandaal. De partij diende in 1998 de smeergelden aan de staat terug te betalen, met name aan het OCMW van Brussel. De partij diende evenwel geen boete te betalen maar moest aardig knippen in de werking. Voor de socialisten betekende dat een zoektocht naar geld. In Antwerpen probeerde men bijvoorbeeld een leegstaand gebouw duur te verkopen aan de stad en werden na de provincieraadsverkiezingen de dotaties aan de partijen gevoelig verhoogd. Over de manier waarop daarmee wordt omgesprongen zijn er al jaren vragen.

Een ander verhaal was de verhouding tussen de socialisten en het Vlaams Blok. Dat werd op scherp gesteld toen het Vlaams Blok de Brussel-campagne opstartte en dreigde om de Brusselse gewestinstellingen te blokkeren. De inzet van de vele wijzigingen van de racisme-wet in de jaren '90 was dan ook vooral een manier om de partijfinanciering te kunnen droogleggen. Maar die ganse procedure zorgde voor een monsterscore voor het Vlaams Blok in 2004, hoewel de naam moest gewijzigd worden als gevolg van de veroordeling van enkele VZW's rond de partij.

Recent nog kwam die partijfinanciering in beeld in een interview met Dirk Achten in Knack. De N-VA was op zoek naar steun om ook partijfinanciering te kunnen krijgen. In 2003 greep de partij immers naast een mandaat in de Senaat en daardoor kreeg bijvoorbeeld het Front National wel steun met minder stemmen. Het verhaal van een mogelijk kartel met Open VLD van N-VA was uiteraard geen nieuws meer.

Maar de partijfinanciering is een complex verhaal. Er is de federale steun - nu nog Kamer en Senaat- , er is steun in Vlaanderen, er is steun in de provincies en in nogal wat gemeenten is er een fractietoelage. In Lovendegem - voor wie dit leest van hier - is dat er niet.

En nee, lokale afdelingen worden niet gecontroleerd. Dat stopt op het niveau van de arrondissementen.

Het wegvallen van de werking van de Senaat heeft dus zeker gevolgen. Maar als iets verdwijnt dan toch de financiering willen behouden?

De partijen zijn verslaafd geraakt aan de overheidssteun. Ook al omdat het nauwelijks anders nog kan. Wie vertegenwoordigt is in het parlement krijgt overheidssteun. Partijen die onder de 5% blijven en geen mandatarissen hebben moeten dat geld wel ophalen. Het maakt dat het steeds moeilijker is voor nieuwe partijen om door te breken, zeker in een gemediatiseerde wereld. Hoewel: het net maakt ondertussen al veel goed.

Overigens, als ik de socialisten de 'rode draad' noemde: in juni 2013 weigrerde de PS externe auditoren aan te laten stellen voor de controle op de boekhouding. Alle andere partijen waren het daarmee eens. Die vraag kwam overigens uit het Europese GRECO-rapport uit 2009 en waar onder meer Bart Maddens al wel eens de krantenkolommen mee vulde.  Waar overigens ook als opmerking in stond dat de socialistische partijen eigenlijk gemakkelijk zijn weggekomen na het Agusta-schandaal...

Kortom: die partijfinanciering zal discutabel blijven....

Geen opmerkingen:

Een reactie posten